Projecten

Hoe effectief is doelfinanciering in het onderwijs?

I Stock 1355040546

Doelfinanciering is 'geoormerkt geld' dat scholen krijgen voor specifieke projecten zoals het wegwerken van leerachterstanden of digitalisering. Voor scholen levert deze financieringsvorm nogal wat uitdagingen op.

AEF'er Michiel Ehrismann, associate partner bij AEF, onderzocht met collega's wat de impact hiervan is en onder welke voorwaarden doelfinanciering effectief kan zijn.

Hoe werkt 'doelfinanciering' precies?

Michiel: "Scholen krijgen steeds vaker 'geoormerkt geld' – oftewel doelfinanciering – voor specifieke projecten. Denk bijvoorbeeld aan tijdelijke subsidies voor het wegwerken van leerachterstanden of voor digitalisering in het onderwijs. De PO-Raad en VO-raad (die basisscholen en middelbare scholen vertegenwoordigen) merkten dat deze trend toenam en vroegen ons te onderzoeken wat de impact hiervan is."

Waarom was het belangrijk om onderzoek te doen naar de effectiviteit?

"De 'sectorraden' wilden weten hoe groot het aandeel doelfinanciering is geworden, welke effecten dit heeft op het dagelijks werk in de klas, en wanneer deze manier van financieren wél zinvol kan zijn. Om dit grondig te onderzoeken, hebben we verschillende methoden gecombineerd: een enquête onder schoolmedewerkers, analyse van bestaande financiële gegevens, gesprekken met experts, en groepsdiscussies met schoolleiders en bestuurders. Zo kregen we een compleet beeld van zowel cijfers als ervaringen uit de praktijk."

Michiel ehrismann 03
"Dit project onderstreepte voor mij waarom ik dit werk doe: bijdragen aan beter beleid dat het dagelijks werk van professionals in het onderwijs ondersteunt in plaats van belemmert."
Michiel Ehrismann, Associate Partner

Tegen welke problemen lopen scholen in de praktijk aan?

"Uit onze analyse bleek dat het aandeel doelfinanciering in een paar jaar met maar liefst vijftig procent is gestegen. Voor scholen levert dit concrete problemen op. Ze worstelen vooral met de tijdelijkheid van deze geldstromen (wat bijvoorbeeld het aannemen van vast personeel bemoeilijkt), de strikte bestedingsvoorwaarden (die niet altijd aansluiten bij wat een school écht nodig heeft) en de administratieve rompslomp die ermee gepaard gaat.

Ons onderzoek toont aan dat doelfinanciering nuttig kan zijn, maar alleen als het gericht wordt ingezet voor specifieke uitdagingen – bijvoorbeeld voor innovatieprojecten of om gelijke kansen te bevorderen – en niet als standaard financieringsvorm."

Hoe kijk je terug op het proces? Waar lagen de uitdagingen?

"De samenwerking met scholen verliep bijzonder soepel – ze deelden graag hun ervaringen, waardoor we veel waardevolle inzichten kregen. Een uitdaging was dat schoolleiders zich soms moeilijk konden verplaatsen in het perspectief van de overheid, die natuurlijk ook verantwoording wil over bestede middelen. Schoolbestuurders die vaker met de overheid te maken hebben, brachten hier een nuttige brede blik."

Je hebt de bevindingen gepresenteerd aan Tweede Kamerleden. Wat was hun reactie op jullie onderzoek?

"Het was duidelijk dat de Kamerleden onze inzichten serieus namen en er concreet mee aan de slag wilden. Dat geeft voldoening, omdat ik zag hoe direct ons werk direct impact kan hebben. Dit project onderstreepte voor mij waarom ik dit werk doe: bijdragen aan beter beleid dat het dagelijks werk van professionals in het onderwijs ondersteunt in plaats van belemmert."

Deze zoekopdracht heeft geen resultaten opgeleverd. Probeer het met een andere zoekterm